blog

Participatiedilemma: Starten met een blanco blad óf met een projectplan onder de arm?

Of je nu plannen maakt voor een nieuwe weg, woonwijk, dijk of windmolenpark, een van de moeilijkste vraagstukken bij participatie is de timing. Start je heel vroeg, met een wit blad? Of wacht je tot je minstens met de contouren van een projectplan naar burgers en andere belanghebbenden kan stappen? Hmm… dilemma!

Als projectleider wil je participatietrajecten zeker niet te laat in gang zetten. Dan riskeer je dat de deelnemers het gevoel krijgen dat het om schijnparticipatie gaat. Een verplicht nummertje op het einde van de rit, puur voor de bühne. ‘Zie je wel, alles is al in kannen en kruiken. Onze stem doet er niet meer toe!’ Maar heel vroeg beginnen, is ook niet vanzelfsprekend. Wie ga je betrekken? Wie zijn de belanghebbenden als je nog niet weet wat er gaat gebeuren? Hoe kun je nu draagvlak creëren als mensen nog geen idee hebben waar ze zich nu eigenlijk achter moeten scharen?

Optie 1: je start heel vroeg, zonder projectplan

Je hebt een idee en je wilt de participatie zo snel mogelijk starten. Prima. De ene groep belanghebbenden zal het bijzonder waarderen dat je hen zo vroeg in het proces betrekt. Je kunt al vroeg samen uitdagingen en ambities in kaart brengen, en je krijgt al vroeg in het proces een beeld van de thema’s die spelen en zeker aan de orde moeten komen. De goede relatie die je opbouwt met de belanghebbenden door hen van meet af aan te betrekken, krijg je er zomaar bij. Gratis en voor niets.

Maar er is ook een andere groep. Zonder plan, zonder kaarten, zonder beelden, zonder maquettes is het project voor die belanghebbenden een ver-van-hun-bed-show. Ze kunnen zich niets voorstellen bij dat braakliggend terrein. De komende vijf jaar gaat er nog geen schop de grond in, waarom zouden ze nu al input geven? ‘Kom nog eens terug wanneer je witte blad volgeschreven is en je een concreet projectplan hebt.’

Optie 2: je start pas als er een concreet projectplan is

Je hebt al onderzoek gedaan en nagedacht over de invulling van het project. Je weet al wat je er wil bouwen, en je hebt ook al een idee van het eindplaatje van die nieuwe woonwijk of dat nieuwe windmolenpark. Je hebt iets in handen om in gesprek te gaan met burgers en andere belanghebbenden. Je hebt een mooi visionair droombeeld dat het project tastbaar maakt, plannetjes en kaarten die de inplanting weergeven, een agenda die de timing en de verschillende mijlpalen onderweg vastlegt.

Voor de ene groep belanghebbenden kan het participatietraject nu starten. Ze weten wat je plant, ze weten waar ze voor of tegen kunnen zijn, ze weten waar ze aanpassingen en verbeteringen kunnen voorstellen. Maar de andere groep belanghebbenden is boos en voelt zich bedrogen. Tonen al die mooie plannetjes en beelden niet dat alles eigenlijk al beslist is? Voor die groep start het participatietraject al met een valse noot. In plaats van te praten en na te denken over het project kun je al meteen brokken beginnen te lijmen.

  

Ontdek onze tips over het dilemma 'Starten met een blanco blad óf Met een projectplan onder de arm?'

Lees de tips van Bianca Boverhoff hier

   

Meer weten over deze inspiratie?

Neem contact op met Tessa